MARKETING & VERKOOP

Allereerst een opmerking over het komponent marketing. Dit gedeelte is sterk gerelateerd aan Uw eigen bedrijfskultuur die dermate gericht is dat deze vaak ook op eigen "bedrijfskulturele" manier wordt ingevuld. Soms kan deze historisch gevormd zijn of deels uit sociale motieven opgebouwd. Een advertentie in een blad van een sportklub of door familietraditie ontstane marketing en reklame-aktiviteiten zijn vaak voorkomende situaties in kleinschalige bedrijven. In deze moderne tijd zijn daar een aantal media bijgekomen die de mogelijkheid voor reklame doen toenemen. Dat U via het modernste medium komputer Uw administratie bijhoudt is al een indikatie dat er progressie achter het bedrijfsbeleid schuilt. In het marketingbeleid is er altijd sprake van een aantal NON -beheersbare en BEHEERSBARE faktoren. Zo is het altijd moeilijk om het effekt in te schatten van faktoren die zich buiten het bedrijf afspelen, zoals modetrends, bestedings- of koopgedrag en konkurrentie. Deze faktoren worden dan ook de NON-beheersbare externe faktoren genoemd.

Toch zijn er een aantal standaarden voor een goed marketingbeleid, welke men kan aanduiden met de interne beheersbare faktoren, bijvoorbeeld de 5 P's :


PRODUKT : Welk produkt wordt er gepromoot uit het eventuele assortiment?
PRIJS : Wat wordt de verkoopsprijs van het te promoten produkt?
PERIODE : Welk tijdvlak zal de promotie bestrijken?
PLAATS : Waar wordt het produkt gepromoot en op welke manier?
PRESENTATIE : Welke verpakkingseisen en wensen worden er gesteld?

Door het toepassen van deze zg. marketingmix ontstaat er een soort streefdoel wat dmv van deze instrumenten in kaart gebracht kan worden. Natuurlijk is er allereerst een goed produkt noodzakelijk voordat er een reklame-aktie wordt opgezet. Het assortiment artikelen heeft een BREEDTE ( AANTAL artikelen) zowel als een DIEPTE (AANTAL UITVOERINGEN van artikel, bijv. kleur, model etc.), waarin meestal een paar artikelen de zogenaamde "snellopers" vormen. Voor het voorraadbeheer zijn dit de belangrijkste artikelen die vooraan op de stellingen liggen, daar zij soms wel meer dan 50% van de omzet bepalen. Voor deze produkten wordt een ander marketingbeleid geadviseerd dan voor een nieuwkomer in het assortiment. De LENGTE van het assortiment betreft het AANTAL in voorraad te houden goederen welke gewenst is voor een veilige vraag-aanbodverhouding.Het assortiment bevat dus vaak een aantal snellopers, welke de KERN van het assortiment vormen. Verder is er nog sprake van RANDASSORTIMENT, waarin zich de promotieprodukten of juist de "uitlopers" die hun beste tijd gehad hebben, bevinden. Soms komt deze kategorie heel veel later weer in de mode. De goederen worden meestal volgens de ABC-methode in het magazijn op voorraad gehouden, wat inhoudt dat de A-artikelen VOORAAN op de stellingen liggen, de B-artikelen op de tweede plaats en de C-artikelen achteraan. Voor een berekening voor de voorraadkosten PER JAAR kan een kostenmarge toegepast worden van 15-20 % van de totaalkosten van het produkt volgens afweging van faktoren zoals RUIMTE, RISIKO-COURANT (uit de mode) en RENTABILITEIT ( redelijkheid van geinvesteerd vermogen in goederen en ruimte). Tot zover deze opmerkingen voor wat betreft voorraad-omzet verhoudingen.

HEEN naar pagina TERUG naar pagina TERUG naar inhoud